Sinds 1 december 2012 moeten chemische stoffen worden ingedeeld volgens het GHS-systeem, een internationaal systeem voor de etikettering van gevaarlijke stoffen in de vorm van nummers, pictogrammen en gevarenaanduidingen.

Het etiket is de eerste bron van informatie over een product

Volgens de voorschriften van de Koninklijke Besluiten van 24-05-1982 en 11-01-1993 betreffende chemische agentia, moet de fabrikant of de distributeur ervoor zorgen dat het etiket reglementair is en alle nodige informatie bevat, namelijk

• de naam van het product
• de specifieke gevaarsaanduiding en de bijbehorende symbolen
• de zinnen waarin de specifieke risico’s van zijn gevaren worden vermeld (R-zinnen)
• zinnen met voorzorgsaanbevelingen om elk risico te beperken (S-zinnen)
• de naam en het adres van de fabrikant of degene die het product in de handel heeft gebracht
• het gevaarsymbool dat bij het product hoort

De informatie op het etiket van de verpakking of recipiënt moet goed leesbaar en onuitwisbaar zijn, zodat de specifieke gevarenaanduidingen en/of de bijbehorende symbolen, de waarschuwingszinnen en de voorzorgsmaatregelen in verband met elk gevaar duidelijk zichtbaar zijn voor de gebruikers, en met name de kleur en de lay-out van het etiket moeten zodanig zijn dat het gevarensymbool en de achtergrond ervan duidelijk te onderscheiden zijn.

Het etiket heeft de volgende afmetingen, afhankelijk van de grootte van de containers, zakken of enveloppen

Het etiket moet duurzaam aan het gehele oppervlak van de verpakking kleven.

Etikettering en bewegwijzering

Vergeet niet de volgende punten te controleren:

• Alle recipiënten (flessen, karaffen, tanks, enz.) zijn geëtiketteerd met:
  • de naam van het product
  • R-zinnen en S-zinnen
  • de bijbehorende pictogrammen
  • naam en adres van de fabrikant

• Indien de chemicaliën zijn overgebracht in andere houders, zijn ook deze geëtiketteerd
• De etiketten en instructies zijn geschreven in uw taal

• Alle risicoruimten en opslagplaatsen worden gemarkeerd met de gevarenpictogrammen voor de betrokken producten, waaronder
• een rookverbod, indien van toepassing
• een mogelijk verbod op het werken met vlammen
• een mogelijk verbod op het gebruik van gemotoriseerde apparatuur
• de specifieke bewegwijzering voor het soort vervoer van de goederen is bekend, met name de ADR-signalering voor vervoer over de weg

(bron : SPF Emploi/SIPPT)